De duivensport is een mooie hobby of zou dat kunnen zijn. Je hebt of had waarschijnlijk een goede reden om er aan te beginnen en ondanks soms wel meer tegen- dan voorspoed, blijft die reden in de meeste gevallen absoluut geldig. Als je dacht of denkt er centen mee gaan te verdienen kan dat al es de motivatie zijn om er snel de brui aan te geven. Je mag je al gelukkig prijzen als alles zelfbedruipend is maar dan nog zou dat een verkeerde instelling zijn.
Soms kan ik er echt van genieten ergens in de stad op een terrasje te gaan zitten en gewoon niets anders doen dan de mensen gade slaan. Vele vragen ontlokt me dat wel eens. Een drukte van jewelste, een wirwar aan individuen, de één al meer gehaast en in een rush dan de andere, gewoon ieder druk doende met zijn eigen ding en dan vraag ik me soms af, wat beweegt nu toch al deze mensen? waarmee zijn ze eigelijk bezig? wat denken ze begot met hun druk gedoe in beweging te zetten? Welk visioen drijft hen? Welke grote daad spreekt hen aan? Welke hoop koesteren ze? Welke beloning denken ze dat er op hen ligt te wachten enz.
't Moet allemaal snel en in al die drukte en bedrijvigheid bemerk je vaak die gewoonweg merkwaardige onrust. Is dat dan het leven? De moderne tijd? Genieten ze nog wel van wat ze aan het doen zijn? Zijn ze allemaal wel zo belangrijk als ze vaak zelf denken dat ze zijn of misschien wel zouden willen zijn?
We "fixen" het wel allemaal es snel se, actie en reactie, maar ook al zouden we het zooooo héél graag willen, goed spelen met duiven is simpelweg geen quick fix dingetje. De realiteit is dat het een "iets" is waarin meerdere dingen van belang zijn en wij als mens in de eerste plaats moeten openstaan voor veranderingen. Anders en beter handelen en doen begint met anders denken, geïnspireerd worden en kennis opdoen.
Je drukt op de schakelaar en 't is maar heel normaal dat het licht aangaat. Je drukt nogmaals en 't is weer uit. Je draait aan de kraan en der is water... Heel gewoontjes allemaal, doch eer het zover is kunnen komen is daar een pak denkwerk aan voorafgegaan en uiteindelijk alles geëvolueerd tot wat het nu is. Er komt heel wat kennis aan te pas om alles zo geregeld te krijgen dat wanneer je op het knopje drukt of aan het kraantje draait, er elektriciteit of water is. Dat is dan nog allemaal heel technisch. Eén en één is twee en niets of niemand zal daar over discussiëren. Het is gewoon zo. Het wordt algemeen gewoon zo aangenomen.
Duiven daarentegen zijn levende wezens en ook al gaat de vergelijking misschien niet helemaal op, zonder kennis kom je een "gelukje "niet te na gesproken, gewoon nergens meer. Zoals alles zijn ook vele facetten binnen de duivensport zodanig geëvolueerd dat wie niet volgt op termijn onherroepelijk uit de wielen gefietst wordt, zelfs en ook al heb je keigoede duiven onder de pannen.
Niemand kan binnenin een duif kijken. De wil, de mordant, het oriënteringsvermogen enz. zijn dingen die alleen de vluchtresultaten ons kunnen bevestigen. We "kennen" allemaal een mooie duif, maar 1) wat is mooi? en 2) is mooi ook goed? Misschien oogt of is de duif wel mooi gebouwd maar bezit ze toch spieren die waardeloos of zonder "leven" zijn. Misschien wel een te broze of te zware bottenstructuur, functioneren de inwendige organen niet op zodanige manier dat het topprestaties toelaat. Misschien is daar wel alles goed in orde maar woont de duif op een slecht hok, wordt ze verkeerd gevoederd of getraind enz.enz. Een bijzonder groot aantal factoren hebben elk hun invloed op het al dan niet succesvol zijn op wedvluchten.
Wie de minste fouten maakt vliegt het best wordt wel eens gesteld en daar is vast wat van aan. Hoe hoger je trouwens op de prestatieladder klimt, hoe moeilijker het wordt progressie te maken. De verschillen komen op dat ogenblik in details te zitten en met hoe meer dingen je rekening dient te houden, des te meer kunnen er ook mis gaan.
Hoe doen we dat nu en hoe beginnen we daar nu aan? Goed begonnen is half gewonnen zegt het spreekwoord en inderdaad, een goede start is niet zomaar iets, het is alles, en veel van dat alles zit en begint in je gedachtengang, de manier waarmee je er mee omgaat en er tegen aan kijkt. Het gaat er om er alles aan te doen wat in je vermogen ligt om steeds beter te worden en daarbij niet op zoek te gaan naar de vruchten van je dagelijks werkzaamheden, die komen wel vanzelf, niet te zoeken naar het uiteindelijke doel, want ook dat zal wel komen, maar gewoon te genieten van je dagelijkse tijd die je vertoeft tussen onze gevleugelde medewezens. Bekommer je alleen daar om op die eigenste momenten en let er op hoe je je werk doet tijdens je dagdagelijkse bezigheden op je hokken, met welke ernst, toewijding en liefde je omgaat met met uw dieren. Het zijn tenslotte ook levende wezens met hun gaven en gebreken maar vooral ook grenzen. Behandel ze er dus ook naar en vraag niet het onmogelijke ervan.
Duiven communiceren onderling op hun heel eigen manier en dat is voor mensen moeilijk, zoniet helemaal niet te begrijpen. Toch, wanneer je dagdagelijks de nodige tijd op de hokken spendeert en oplettends bent kan je leren dat elk van onze duiven wel hun eigen manier van reageren en omgaan hebben met soortgenoten en de verzorger. Een opmerkzaam liefhebber merkt wanneer er bijvoorbeeld geen water meer zou in de drinkpot zitten zonder er in te gaan kijken, wanneer de duiven behoefte hebben aan een badje, of rust, of wanneer ze energie te veel hebben en der uit willen voor een fikse training enz enz.
Wanneer het hen aan iets ontbreekt kunnen ze het ons niet komen vertellen door middel van spraak, maar hun gedragingen kunnen ons liefhebbers, heel veel wijzer maken. Natuurlijk volstaat het niet tussendoor effe wat eten in de eetbak te kieperen, 't water bij te vullen en vervolgens de deur dicht te trekken tot 's avonds om dan effe in twee minuten tijd weer het zelfde te doen. Als je dieren houdt is het onze taak ze naar best vermogen en zo goed als mogelijk naar HUN en niet naar de noden vanuit menselijk standpunt gezien te verzorgen.
We hebben de dagdagelijkse verzorging voor de thuisblijvers en die zal anders zijn dan voor bijvoorbeeld kweekduiven die uit noodzaak opgesloten blijven of de duiven die op competitie gaan. Wie wat precies nodig heeft kan niemand ons perfect komen vertellen. We hebben anderzijds mensen in onze rangen die met specifieke onderdelen van de verzorging dagdagelijks intensief bezig zijn. We kennen allemaal Willem Mulder, voor wie wat betreft de voeding, niet alleen werkzaam is in de sector maar voor wie het tegelijkertijd een hobby is met die dingen bezig te zijn. Het is nu niet dat omdat je iets vaak en veel doet je het ook goed doet natuurlijk, doch voor onze eigen tandem, nu al zowat ongeveer 4 jaar Willem zijn kennis hanterend heeft ons dat geen windeieren gelegd. We zijn ook niet de enigen en van de weinige mensen waarvan ik momenteel weet die al overgeschakeld zijn op het terug aangepaste voer van de nieuwe firma waarvoor Willem werkzaam is zijn er een groot percentage die nationaal heel hoog wisten te scoren. Ik hoor je al zeggen, ok, maar het zijn dan ook niet de van de "minste", waarbij je jezelf meteen de vraag kan stellen waarom die nu precies dat voer gaan voeren. Ze speelden al goed maar dat wil niet zeggen dat je op je lauweren moet gaan rusten of het misschien nog net iets beter zou kunnen. De vooruitgang staat niet stil. Gelukkig moeten we het niet allemaal zelf uitdokteren. Er zijn gespecialiseerde lui in diverse 'takken" van de sport. Het is zaak de dingen te proberen begrijpen, het hoe en waarom te snappen en vandaar de titel" Hoe goed wil je worden".
Dat hangt af van wat je er zelf in gaat steken. Het is vast niet per ongeluk dat de betere liefhebbers de beste duiven hebben en fokken, een goed hok hebben, goed voer voeren en noem maar op. Het zijn mensen die steeds op zoek zijn, steeds dingen trachten bij te schaven en te verbeteren op allerlei vlak. Ze hebben "kennis" van de verervingsleer, van de eigenschappen die een duif tot een goede duif kan maken, kennis van hokken en ventilatie, voer en bijproducten enz enz. Die kennis, daar zijn ze niet mee geboren, Die hebben ze opgedaan door studie, kijken en vergelijken, nog meer studeren en kijken en vergelijken en een nooit ophoudende "drang" der nog meer van te weten te komen en te begrijpen.
Je hoort het wel eens, je kent het als je goed speelt, je kent niets meer de dag dat het misgaat maar dat zou wat kort door de bocht zijn als je 't mij vraagt. De beste slager snijdt zich wel es in de vingers, de topwielrenner of skiër gaat wel es tegen de vlakte en ook op de duivenvluchten gaat het al wel es mis wat niet meteen wil zeggen dat die mensen hun "vak" niet meer zouden kennen. Een ervaren metser bouwt vast een huis zonder dat hij daarvoor persé een plan van een architect nodig heeft. Waarom het precies zus en zo moet kan hij je niet in zoveel woorden vertellen, hij moet het hebben van zijn jarenlange opgedane ervaring terwijl de architect precies weet waarom het zo moet en niet anders, je dat bovendien van naaldje tot draadje nog kan uitleggen op de koop toe maar er niet in slaagt het huis te bouwen.
Een duivenliefhebber moet vaak beiden gelijk zijn en dat maakt het niet altijd makkelijk. Je kan steunen op eigen ervaring en leren uit gemaakte fouten. De perfectie bestaat in deze niet. Je zou ook kunnen leren uit ervaringen van anderen of uit fouten die anderen maakten en maken maar dat is nu net het probleem. Duivensport is competitie en dat houdt in dat het overgrote deel van de liefhebbers hun "grote geheimen ??" veel liever voor zichzelf houden. Ze acteren alsof ze zelf het warm water hebben uitgevonden, het wel allemaal weten en kennen maar vergeten vaak één belangrijk détail. Wat ze ook weten of kennen, ze hebben het hoe dan ook altijd ergens vandaan en waar Abraham dan de mosterd vandaan haalt, moet dan maar altijd in het allergrootste geheim.
Je haalt ze uit een boek? ok, maar ook dat boek werd door iemand geschreven die op zijn beurt misschien kan putten uit eigen ervaring maar vast en zeker al evenzeer uit dingen die hij op zijn beurt dan weer van anderen te weten kwam. Er zijn allerlei mogelijke bronnen van informatie maar theorie is nog altijd niet hetzelfde als praktijk. Er wordt wel es gezegd en geschreven: "Theorie is als iedereen weet hoe iets moet, maar het werkt niet. Praktijk is als iets werkt, en niemand weet hoe dat komt......"
Mijn grote leermeester was in eerste instantie Louis van Paesschen, Een man waar ik heel veel aan te danken heb en waarmee ik heel veel tijd op de hokken spendeerde en zo mijn ogen de kost kon geven. Die had en heeft de feeling zonder dat hij dat met veel woorden kan omschrijven. Zo in de zin van: Je wil van me leren? Ok, maar stop dan al maar met vragen stellen... Je kreeg misschien wel al een antwoord waarin hij je wel de mogelijkheden aanreikte om het antwoord te vinden maar zou het vast niet in je plaats opgelost hebben als dat dan al wel zou kunnen. Je werd gedwongen na te denken over de dingen en ze verder in te vullen naar eigen gevoel en volgens de omstandigheden die zich op dat ogenblik op de hokken en onder de duiven voordoen.
Niets of niemand kan de dingen in jou plaats komen doen en dat is misschien maar goed ook. Het komt er op aan plezier te hebben met en in wat je doet. Presteren komt bij mij al lang niet meer op de eerste plaats. De relatie met die dieren, ze zo goed mogelijk proberen begrijpen en aanvoelen, er zoveel mogelijk over te weten komen enz des te meer. Het gekke is dat de rest dan eigelijk gewoon vanzelf volgt. Dat staat in schril contrast tegenover de tijd dat presteren maar niet wilde vlotten toen ik er intensief, heel gedreven en hopeloos naar op zoek was.
Eddy Noel
Van Hoeck-Noel, Baasrode www.vanhoeck-noel.be
|