In mijn vorige column lag de vraag op tafel of er sprake is van een nieuwe trend in het voorspel, het invliegen. Nu zijn we weer een aantal dagen verder en waarschijnlijk ook wel weer een ervaring rijker. St. Vincent zit er op. De koningenvlucht van 2009 is gedaan. Er waren zeer begerenswaardiger meldingen, maar velen, de meesten dus, moesten toch langer wachten voordat hun duiven zich meldden. Het liedje wat -als excuus Truus- alom klonk was: “Ervaring. Ze hebben nog geen ervaring. Het zijn toch de ervaren duiven die ze gepakt hebben”.
Ook in ons inkorfcentrum hoorde ik het. De ene liefhebber die ze niet (in de tijd) had, sprak over ervaren duiven. De ander, die ze uistekend had gepakt, was er ook duidelijk over. Hij had alles thuis, 80% in de tijd en één in de nationale kop van de uitslag. Ervaring hadden ze. Wat ook nog interessant was, dat hij het invliegen via de nieuwe trend had gedaan.
Een ezel stoot zich niet twee maal aan dezelfde steen
Ervaring is dus het sleutel woord in dit praatje en om maar met de deur in huis te vallen: ik ben daar helemaal mee akkoord . Wel is de vraag: wat bedoelen we daarmee? Net als bij mensen, hebben dieren ook ervaringen en misschien is het wel zo dat ervaringen die dieren opdoen, beter worden vastgelegd op de harde schijf dan bij mensen en, met een knipoog, zeker bij een aantal duivenmelkers. Het spreekwoord is toch: een ezel stoot zich etc. Vertaal dat nu eens naar onze situatie van de duiven en de liefhebber. Dan is dus mijn stelling: de duif is in deze zeker niet de ezel, dus met zijn harde schijf is niks mis!! Blijft over de vraag: Wat te denken van die liefhebbers die jaar en dag het zelfde liedje zingen na een vlucht? “Ervaring, ervaring moeten ze hebben!”
Duif leert sneller dan zijn baas
Als er dus niks mis is met de duif en als het gaat om zijn opslagcapaciteit dan is de vraag: welke ervaring zetten we op de harde schijf van een duif? Eerst nog even een ervaring die ik had met één van mijn duiven, al weer 20 jaar geleden. De 74 was één van mijn toppers op de midfond en dagfond. Op Chatres durfde ik nog niet, maar toen hij zich ook daarop bij de allereerste meldde, was het duidelijk: op Orleans zou ik poulen met die duif. Wat er ook gebeurde, maar toen de eerste duiven vielen, de 74 was er niet. Na 2 dagen zat hij ineens in de spoetnik met een briefje aan zijn poot. Wat bleek: in plaats van in Midden-Nederland zijn eigen hok aan te doen, was hij doorgeschoten naar Akkrum (de aankomst was nog een vroege ook geweest). De op vanger heb ik nog een taart gestuurd. Wat gebeurt er een jaar later? Opnieuw Orléans en opnieuw vliegt de 74 rechtstreeks naar... Akkrum. De 74 had één ervaring nodig en ik twee, maar heb er wel van geleerd!
Kortom de melker en de duif kunnen dus leren van ervaringen. Goeie duiven leren heel snel. Het staat immers op hun harde schijf. De vraag is dus: wat staat daarop? In het bestek van deze column laat ik nu even de opleer periode van de duif buiten beschouwing. Bij een jonge duif tot aan het moment dat ze er klaar voor zijn, om zo aan de klassiekers te beginnen. Het voorspel is nu van belang.
De excuus Truus van deze week
Is het voorspel, er één geweest van steeds maar verder en af en toe wat tegenslag op een vlucht en dus vervolgens weer een weekje rust? Zijn die ervaringen ingeprent? Of is de ervaring ingeprent van wekelijks de één nacht mand vluchtjes. Zelfs tot aan Dourdan (rond de 400km). Lekker snel thuis, goeie verzorging snel weer in conditie. De week er op weer naar Pommeroul voor 120-200km. Neem van mij aan, dat duiven dat verschil inprenten. Dus duiven die een dergelijk programma op de harde schijf hebben staan en met een super conditie naar St.Vincent gaan, komen de mand uit en doen net als de wekelijkse vluchtjes. Ze willen snel naar huis. De vraag is nu, zal de duivenmelker, met de excuus Truus van deze week, ook van deze ervaring geleerd hebben?
Ervaring... met selecteren
Mijn compagnon Joop, was akkoord met deze gedachte. “Wil je nog koffie?” vroeg hij en ondertussen zag ik hem denken. Over ervaring gesproken zei hij: “Mijn ervaring is dat alleen goeie duiven, de echte top halen”. Hij vervolgde: “Mijn ervaring is ook dat selecteren, altijd maar weer, uiteindelijk de kwaliteit van een hok bepaalt”. Waarom dacht ik nu in eens aan het verhaal van die Ezel. Op weg naar huis was het voor mij duidelijk. De cirkel is weer rond. Goeie duiven komen uit de goeie. Opleiden, voorspel, vliegen, selecteren en leren... dan begint het weer van voren af aan.
Tot de volgende keer.
Jacob Kampermans
|