Overzicht archief, postduiven-nieuws, columns en overige artikels voor en door duivenliefhebbers.

Als je een landkaart pakt, daar de uitslag van Nationaal Bourges naast legt en die plaatsen aanstipt waar vroege duiven vallen dan valt er nog meer: Je mond open van verbazing. De kopduiven zitten zowat allemaal in dezelfde streek, de veelgenoemde en geroemde regio Nijlen, Kessel, Berlaar, Putte en reken daar Vremde deze keer dus ook maar bij.

Een collega noemde het ‘vallen op een zakdoek’ en hij verwees naar Nederland. Daar zie je soms ook een overdonderend meesterschap in een bepaalde regio maar  dat is veelal aan de west of oostkant van een samenspel.

Op de bewuste Bourges was dat anders. Dat er links of rechts (west of oost) minder of beter gespeeld wordt kan je verklaren door de wind. Zo werd van Bourges de westkant (Vlaanderen) weggevaagd en ook de oostkant (Limburg).

Maar… waarom lukte het liefhebbers die voor of achter genoemde regio liggen, dus IN de vlieglijn, NIET om vroeg te pakken? De wind maakt (meestal) het verschil in de breedte, niet in de diepte.

GEEN TOEVAL

Was het toeval? Moeilijk aan te nemen. Liefhebbers in de genoemde regio domineren bij neutraal weer op prestige vluchten als Bourges te vaak, zowel provinciaal als nationaal. Ongetwijfeld liggen die mannen goed maar al even ongetwijfeld is het niet de ligging alleen.

Verder valt het op dat zowel in Nederland en Belgie vaak het best gespeeld wordt in de zuidoosthoek van een samenspel. Die regio ligt in de provincie ook zuid oost maar, zoals gezegd, hun successen daar alleen aan wijten lijkt me te kort door de bocht.

ORLEANS

Zelf zit ik in Nederland ook in de zuidoosthoek en in mijn woonplaats wordt vaak goed gepresteerd. Vaak dus maar niet altijd. Bij sterke wind mee worden we weggevaagd. Ik moest daaraan denken toen in Antwerpen Orleans provinciaal werd gespeeld.

Dat was in 2007 of 2008 (de tand des tijds knaagt soms ook aan mijn geheugen) maar ik herinner me nog dat er een stevige zuidwester stond. ‘Nu zullen die mannen uit ‘de zakdoek’ er niet aan te pas komen’ meende ik.

Maar wat dacht je? Ook nu vielen de kopduiven in Nijlen, Berlaar, Putte, Kessel en omstreken. Ik hoor Marcel Wouters Westmalle nog zeggen: ‘Je kan nog zo goed spelen, je komt normaal 5 minuten te kort tegen die gasten.’  Een andere kampioen had het over 10 minuten inleveren en hij voegde er aan toe: 5 Minuten door een betere ligging en 5 minuten door betere duiven.

GOEDE DUIVEN

Liefhebbers willen niet graag gezegd hebben dat ze in een samenspel spelen waar ze minder concurrentie hebben. Als je alles en iedereen moet geloven lijkt iedereen in een streek te wonen ‘waar de concurrentie moordend is’. Flauwe kul.

Er zijn wel degelijk regio waar de concurrentie sterker is en daartoe mag je m.i. de ‘zakdoek’ rekenen, dat kleine gebied rond Nijlen en Berlaar dus. Niet voor niets dat mensen als Engels, Van Hove Uytterhoeven (en reken daar Dirk van Dijck uit Zandhoven maar bij) al velen voorzagen van goede duiven.

INTERESSANT

Weet U wat nu een interessante vraagstelling is? Of iemand ooit van Ludo Claessen zou hebben gehoord als die in de zakdoek woonde. Of zou hij dan nòg befaamder zijn?

En soms vraag ik me ook af of mannen als Van Hove Uytterhoeven en Engels op veel vluchten Nationaal ook zo zouden presteren als ze pakweg in Turnhout zouden wonen.

Van het laatste geloof ik niets. Naar mijn idee zouden ze nog wel goed zijn maar niet zò.

COMBINATIE

Zoals gezegd wordt elders, denk aan Dordrecht in Nederland, ook vaak het best gepresteerd in de zuidoosthoek van een provincie. Is misschien een van de oorzaken dat het veelal westenwind is en duiven de gewoonte aannemen een bepaalde vlieglijn aan te houden?

Ik weet het niet.

Waarvan ik wel overtuigd ben is dat er behalve de wind nog iets is dat een rol speelt bij de trek van de duiven. Kwaliteit.  

CIRKEL

Wat ik bedoel is dat wanneer ergens liefhebbers met klasse duiven kort bij elkaar wonen de trek beïnvloed wordt door de goede duiven van die mannen. Die nemen de mindere duiven van die regio als het ware op sleeptouw.

Die mindere komen ook op de uitslag wat niet het geval zou zijn als hun thuishok in een streek lag waar de kwaliteit minder is. En zo maken die goede de cirkel rond en maken een streek nog dominanter.

Ik heb jaren gehad dat ik amper een echt goede kweekte, andere jaren kweekte ik er meerdere.

Als die dan vorm hadden arriveerden ze vleugel aan vleugel, stonden geklasseerd aan de kop van de uitslag en... werden gevolgd door kwalitatief mindere duiven. Die vlogen OOK kop, wat ze niet gedaan zouden hebben, daarvan ben ik overtuigd, als op hetzelfde hok allemaal slechte duiven zouden zitten.

VROEGER

Vroeger frustreerden in Nederland liefhebbers uit West Brabant, met name Steenbergen, een hele natie door hun overwicht op de overnachtfond. Ik heb geweten dat er in Antwerpen een 1e prijs provinciaal gewonnen werd van Barcelona toen het concours in Steenbergen bijna gesloten was.

En je hoorde het aloude verhaal: In West Brabant werd zo goed gespeeld vanwege een betere ligging, de duiven zouden naar het westen afwijken, richting het licht van de ondergaande zon.

Toch waren enkele Limburgers zo slim (of is het nuchter?) er duiven te halen en Piet de Weerd transfereerde er een aantal naar Duitsland.  Later waren de rollen gekeerd en jammerde men in West Brabant dat tegen Limburg amper te spelen was vanwege een betere ligging.

Dat ze daar de West Brabanders bestreden met de eigen wapens drong niet tot ze door. Overigens is de situatie in Nederland gewijzigd was betreft overnachtfond. Nu zitten de goede meer verspreid, ook (of vooral?) in het uiterste noorden.

VERNEDEREN

De mannen van de zakdoek proberen te vernederen door de klasse van hun duiven te negeren lijkt me niet slim. Voor je er erg in hebt vernederen zij jou. Opnieuw!