Ik zit op mijn gemak de duiven voor Chateauroux af te wachten. Ik heb er nog nooit zoveel mee gehad op een dergelijke vlucht. Maar ja, als je wilt overschakelen op de fond zul je toch je selectiemaatstaven een beetje moeten veranderen, dus vandaar.
Het valt dit jaar niet mee om er elke week bij te zitten. Het weer is uitgesproken slecht. Koud en nat zijn geen van beide, bevorderlijk voor de conditie van onze beesten. En juist deze beide omschrijvingen zijn van toepassing op het karakter van het weer van de afgelopen weken. Mijn hygrometertje loopt al weken tegen de 100, dan kun je wel nagaan!
Begrijpelijk dat een groot aantal melkers ten einde raad is en aan zichzelf en hun duiven gaan twijfelen. Ondanks de vermanende woorden van een zeer geleerde heer professor dat het met de gezondheid van onze dieren best wel goed zit, tijgen veel mensen met hun mandje (ex)-kampioenen naar de dierenarts om te laten onderzoeken of er soms iets aan de gezondheid van hun dieren hapert. En in veel gevallen blijkt er wel degelijk iets aan te mankeren...
Een vriend van me, die dit jaar beduidend onder zijn kunnen presteert, overkwam hetzelfde. Ten einde raad besloot hij naar de dierenarts te gaan. Hij moest een kaartje trokken, net zoals bij de bakker, had nummertje (schrik niet) 68, en kreeg te horen dat zijn duiven barstten van het geel en van de ornithose. Hij bleek lang niet de enige te zijn. Hele volksstammen gingen met dezelfde medicijnen onder de arm de dierenartsenpraktijk uit. Nee, met de gezondheid van onze duiven valt het niet zo mee. Misschien dat onze vereniging een uitzondering vormt, maar in diezelfde week zijn er, nog vijf leden op bezoek geweest bij de dierenarts. Het resultaat kunt u wel raden!
Om het verhaal van mijn vriend af te maken. Zijn duiven knapten tijdens de kuur zienderogen op. Hij begon zowaar weer een beetje hoop te krijgen. Om niets aan het toeval over te laten hield hij zijn weduwnaars ook nog een week thuis. Hij speelde ze pas weer op Orleans. Het resultaat was verbluffend. Hij had een keivroege!
En daar zit je dan met de terug-naar-de-natuur theorie. Ofschoon ik nooit gezegd en geschreven heb, hoewel boze tongen dat maar al te graag beweren, dat je geen ziekte onder je duivenstam krijgt als je je dieren op een verantwoorde natuurlijke wijze verzorgt, lijkt het me raadzaam om toch vooral met beide benen op de grond te blijven staan. Als het blijkt dat uw duiven last hebben van het geel, kuur ze dan.
Maar ga niet twijfelen aan uw manier van begeleiden. Die manier van begeleiden is goed. Daar krijg ik veel te veel enthousiaste reacties over. Dat er vanuit de gevestigde orde zo negatief op onze begeleidingsmethode gereageerd wordt, moet u zich maar niet al te zeer aantrekken. Dat is altijd zo als er geknaagd wordt aan instituties die er baat bij hebben zichzelf te overleven en te rechtvaardigen.
Zo wordt er zelfs op forums beweerd dat vrienden van mij met tassen vol medicijnen de achterdeur van de dierenartsenpraktijk verlaten. Het is jammer dat in dergelijke gevallen man en paard niet worden genoemd, anders kon je je verdedigen. Gelukkig wordt er ook positief vanuit deze hoek gereageerd. Een bekende dierenarts is heel enthousiast over onze benadering van de duivensport en heeft een vorm van samenwerking voorgesteld.
Dat zijn hoopgevende ontwikkelingen die ons vertrouwen geven voor toekomst. Als je het belang van duif, de duivenmelker en de sport vooropstelt zul je elkaar positief en met vertrouwen moeten benaderen en zeker niet als kemphanen.
Knoflook
Een van de waardevolste natuurlijke producten die u uw duiven kunt geven is knoflook. Mellie Uyldert, een van de bekendste Nederlandse auteurs op dat gebied, zegt er het volgende over: "Knoflook verjaagt alle kwade stof en ziektekiemen, veegt de bloedvaten schoon, verwijdt de vaten, die het hart voeden, reinigt de darm grondig en gaat als een stevige werkster in het lichaamshuis tekeer, tot alles schoon en ’op orde’ is”.
U ziet het, dat is nogal wat. Onderschat de waarde van knoflook dan ook niet. Ik wil u zelfs aanraden een paar teentjes in uw eigen tuin, kasje, of ’op de vensterbank’ uit te poten en te laten groeien. De knoflookbollen die wij in de winkel kopen zijn maar al te vaak met onkruidbestrijdende middelen behandeld of op met kunstmest behandelde grond geteeld. Aan zulke knoflookteentjes hebben we niet zo gek veel, die zullen de duiven misschien eerder kwaad doen dan goed.
|