Ik ben weer een weekje in China. Denk nu niet direct dat ik de toerist aan het uithangen ben. Als je de Great Wall een keer gezien hebt, in grote rijen dik staan te dringen om een loopje te doen op dit imens groot bouwwerk, dan bij je blij dat je dat achter de rug hebt. Heel indrukwekkend, maar één keer is genoeg. Datzelfde heb ik met de Verboden Stad. Ook een fantastische belevenis, een toeristische trekpleister in een stad, Beijing, die 24 uur per dag bruist.
Bruist van de energie. Het leeft meer dan iedere andere stad. Zelfs 's nachts waan je je in een romantische film wanneer de centrale stadsverwarming al stomend en rokend uit alle putdeksel in de straat lijkt te komen en op iedere hoek van de straat allerlei duistere dingen worden verkocht. Niet dat deze duistere dingen het daglicht niet kunnen verdragen want ze doen waarschijnlijk niets illegaals, maar in het vage schijnsel van de maan en een enkele straatlantaarn weten ze wel één of ander lekker gerechtje te bereiden waar ook gretig gebruik van wordt gemaakt.
Het is altijd gezellig druk rond zo'n kraampje. En de etenswaar ziet er ook nog wel appetijtelijk uit. Ik ben zelfs een keer bijna in de verleiding gekomen om iets van deze lekkernijen te kopen. Je tussen al die gezellige mensen scharen, die natuurlijk allemaal tegen je op kijken. Ik ben slechts 1,86 meter maar bijna een kop groter dan het merendeel van de mensen daar. Bovendien spreek ik een andere taal en heb ik een andere kop. Bij mij in de straat valt zo'n tronie niet op maar wanneer je de enige bent met een blonde, kalende kop dan wordt daar natuurlijk even over gesproken. En ze weten toch wel dat je ze niet verstaat.
Maar in ieder geval kwam ik bijna in de verleiding om zo'n lekkernij te kopen. Ach, een cola er achteraan om te ontsmetten en dan zal het met de buikloop wel wat meevallen. Deze meneer had vlees op stokjes. Even daarvoor waren zijn stokjes op en had ik hem stokjes van straat zien oprapen. Ach, even op de barbecue en dan zijn die ook wel weer steriel. Al die eetkarretjes zo 's avonds op straat waar iedereen een beetje omheen scharrelt heeft toch wel sfeer. Het doet je bijna denken aan de koek en sopie tentjes bij ons op het ijs. De verscheidenheid van eten is alleen niet te vergelijken. Koek en sopie... op straat in Beijing is echter de complete dierentuin te koop. Alles wat poten heeft is eetbaar behalve dan misschien een tafel en een stoel.
Ook vogels moeten het ontgelden. Er zijn ook talloze kleine markten met pluimvee en aanverwante artikelen. Deze onderdelen liggen prachtig tentoongesteld. In een koelvitrine....nee, natuurlijk niet want het is kakelvers. Ook duiven liggen er tussen. Keurig geplukt met de kop en poten gescheiden van de romp. Hier wordt niets weg gegooid. Ook de poten zelf schijnen gefrituurd een delicatsse te zijn. Geen wonder dat je bijna geen duiven ziet in China.
Zo kom je er wel achter welke vogel waarschijnlijk absoluut niet smaakt. Een ekster, dit is eigenlijk de enige vogel die je overal tegen komt.
Terug komend op de duiven. Je ziet af en toe een groepje postduiven hun rondjes draaien. Zo hebben flink de vaart erin en zullen het niet wagen te lang op het dak van de buren te zitten want dan zijn ze voor de kerst al naar een eetkarretje op een hoek van de straat gegaan.
Een roofvogel heb ik hier ook nog niet gezien trouwens. Dus de enige vijand van de duif is de mens en hoogstwaarschijnlijk dan de buurman.
Beginner
|