Afgelopen week kwam off the record het motto van de Olympische Spelen in Engeland in het nieuws. Het luidt: Inspiration. Toeval of niet, ook zij zien in dat de weg naar succes mede afhankelijk is van de inspiratie die je opdoet in je sport. Zoals elke sporter ook zijn lat hoger en hoger legt.
De persoonlijke records zijn echt een stimulans om verder te gaan op de ingeslagen weg. Kijken waar je eindpunt ligt. Wat zijn je mogelijkheden? Hoever wil je gaan en wat zijn je onmogelijkheden? Ook in onze duivensport hebben we deze uitdagingen nodig. Naast het wedstrijd element is er ook nog zoiets als: hoe zorgen we dat onze vereniging niet verder afkalft. Het zou toch jammer zijn als de vereniging geen bestaansrecht meer zou hebben door tekort aan leden. Ook dan kost het leden. De oudere liefhebbers moeten dan bereid zijn om buiten hun eigen woonplaats hun duiven te gaan inkorven. Misschien wel een te zware belasting. Ook daarom is de promotie zo’n heet hangijzer. Juist daarom zijn wij zo blij met de inspirators die onze mooie sport uitdragen in de hoop ook wat gemotiveerde potentiële liefhebbers erbij te krijgen. Deze mensen zijn onze ambassadeurs, onze VIP’s Dit keer aandacht voor drie Very Inspiring Persons(VIP’s). Eén van de inspiratie bronnen van Roald Stevens is Albert Bos uit Meppen. Hij fungeert sinds een jaar als mentor voor Roald. Dit levert nu al op dat het junior Promohokje voor Roald te klein is geworden. Hij heeft het hokje weer ingeleverd en gaat met een groter hok de duivensport beoefenen. Op mijn verzoek zijn relaas:
Hallo Peter,
Ik ben Roald Stevens en ik ben 9 jaar. Ik heb heel veel lol gehad met het promotiehokje die ik uit Lochem heb gehaald. Dit jaar heb ik een nieuw hok gebouwd samen met opa, Albert, Bert en papa. Albert en Bert zijn zelf ook duivenmelkers. Ze doen mee aan vluchten voor jonge en oude duiven. Ik hoop dat de volgende duivenmelker het naar zijn zin heeft met dit hokje. ik heb een hoop duiven van leden van de vereniging gekregen in totaal zijn dat er 20.
Groeten Roald Stevens
Een andere VIP is Willem Heeren uit Zevenaar. Hij is de grote inspirator voor Bo Willemsen uit de gelijknamige plaats. Een mentor die deze functie op een meer dans voor treffelijke manier invult. Hij schrijft:
Hallo Peter,
Wat een hokje van PPN allemaal kan doen. Vorig jaar heeft Bo Willemsen een hokje van PPN te leen gekregen en is met 4 oude duiven en 8 jongen begonnen. Bo is lid in afd. 8 waar de g vluchten waren en waar de eerste 3 vluchten niet door gingen. Als 4e vlucht was het St.Job wat voor iedereen een ramp vlucht was zo ook voor Bo. Er kwamen nog wel een paar jongen na. Hij heeft 1 duivin en 5 doffers over gehouden. Bo doet alles zelf tot het ringen van de jongen toe, Ook de hele klas is al langs geweest voor een bezoekje en voor de school heeft hij bij de weekopening een voordracht over de duiven gedaan. Nu is de hele familie een beetje liefhebber geworden. Om dat hij meer doffers heeft en de jongen apart wil doen is het hokje te klein geworden en is opa bezig een groter hok te maken. Hij heeft het afgelopen jaar heek goed gespaard om aan het nieuwe hokje mee te betalen. Zoals het er nu uitziet komt er over een paar weken een PPN hokje retour. Ik zal tegen die tijd een berichtje sturen hoe het verder moet gaan.
De derde VIP is een vader. Zoals bij heel veel liefhebbers de duivensport door hun vader met de paplepel is ingegoten, zo is dat bij Theotimus Streefkerk ook gebeurd. Vader Theo heeft met hem de duivensport beoefend en hem enthousiast gemaakt. Het verhaal van Theotimus spreekt voor zich:
Eindelijk is het dan zover!
Vanaf mijn geboortedag al lid van de duivenvereniging en dan is het op je 26e eindelijk zover: mijn eigen duivenhokje. Nee, ik ben niet net pas een paar weken besmet met het duivenvirus, maar er letterlijk en figuurlijk mee opgegroeid. Je krijgt het er gewoon niet uit: wat je ook probeert en wie het ook probeert. Toch komt er dan een leeftijd dat er ook andere dingen zijn, die toch ook wel erg leuk zijn om te doen. Je moet gaan kiezen: voetbal, tafeltennis, wielrennen. Erg gezond allemaal, maar niet te vergelijken met de duivensport. Dan maar beiden! En dan komt er ook nog eens, na de twintig gepasseerd te zijn, een toch wel erg bijzonder meisje in mijn leven: Ellen heet ze. De volgende verleiding en beproeving! Ze weet nauwelijks iets van duivensport, maar ze beseft dat ze zich er in zal moeten verdiepen: om mij over de streep te trekken. En te begrijpen wat er allemaal in huize Streefkerk gezegd wordt. Zodoende werd er een woordenboek aangeschaft, want wat is een duivin, doffer, spoetnik, weduwnaar, fondvlucht, overnachtfondvlucht, klok? Na een kijkje te hebben genomen in het duivenhok bleek het toch wel leuker te zijn dan gedacht en het duivendialect werd steeds verstaanbaarder. Vanaf dat moment werden de duiven weleens samen ingekorfd, gingen we op weg naar België voor een trainingsvluchtje. Maar dan wel op voorwaarde dat er een ijsje gehaald werd bij de MC Donalds van Hazeldonk. Ja en als ze je dan ook nog lief gaat aankijken: dan moet het maar hé. En de duivensport heeft dan ook zijn voordelen, want er is genoeg tijd om te praten. En vergeet die uren niet die er worden gewacht als de eerste duif arriveert. Zo zie je maar weer: duivensport heeft meer voordelen dan u denkt.
Toen kwamen er trouwplannen en ja dan moet er verhuisd worden. Het ouderlijke nest wordt verlaten en de doffer vliegt uit naar zijn duivinnetje en bouwt ergens anders een nest op. Helaas was er in het begin nog geen geld om een huis te kopen en dus was er ook geen tuin. Er werd heen en weer gereden naar het ouderlijk huis voor het verzorgen en opwachten van de duiven. Na een tweetal jaar brak echter het moment aan dat we zelf een huis konden kopen. Na vele bezichtingen, waarbij vooral werd gelet op de grootte van de tuin en/of het geschikt zou zijn voor een duivenhok (lag het hok wel op het zuiden?), kochten we een huis. En ja, wat is een tuin zonder duivenhok. Ook dat is iets wat alleen duivenliefhebbers kunnen omschrijven. Het voelt zo kaal als je dan in je tuin zit. Je mist het gekoer, het gefladder en het vallen op de klep. Toch maar iets verzinnen om dit gevoel uit de weg te helpen. Toen hoorden we over de stichting PPN, die gratis en voor niets een hokje ter beschikking wil stellen. Fantastisch natuurlijk. Een groot hok dat werd toch teveel van het goede en dus zijn we de trotse eigenaar van een ontzettend leuk en schattig hokje. De duiven moeten nog komen, maar wat zien we uit naar die bekende geluiden en die vertrouwde rituelen: eten geven, drinken geven, waterpan schoonmaken, lekker met de krabber door het hok, duifjes achter in de auto, inkorven, kijken op teletekst, het weer in de gaten houden. U hoort het al: het zit er nog allemaal in. Niemand kan zonder rituelen: het geeft letterlijk zin aan het leven.
Eindelijk is het zover. Niet mijn hokje, maar inmiddels ons hokje! We bedanken PPN hartelijk voor het hokje wat ons nu al veel plezier geeft en nog zal opleveren.
In zijn stukje geeft Theotimus gelijk aan wat de duivensport zo leuk maakt en wat juist zo moeilijk is om de duivensport bij de jeugd populair te maken. Er zijn heel veel leuke dingen voor de aanstormende jeugd. Maar, voor herintreders geldt dit toch niet meer!!
Zo maar wat reacties. Voor onze VIP’s: Ga door met dit mooie werk, aan u zal het niet liggen. En voor onze nieuwe VIP’s. Draag onze sport positief uit en probeer ook eens wat. Het kost wel wat tijd, maar de dankbaarheid is groot.
Wilt u reageren of ook uw belevenissen op schrift stellen, mail tolk.peter@gmail.com.
Wij zien graag nieuwe VIP’s op onze rode loper.
Namens de PPN, Peter Tolk
|