Rik Cools - Een doordacht systeem!
Ruiselede - Het “Molendorp”…zoals het doorgaans in toeristische brochures genoemd wordt ... ligt op de grens van West- en Oost-Vlaanderen. De "Hostesmolen" en de "Knokmolen" hebben de tand des tijd overleefd... twee van de tien windmolens die Ruiselede in de 19e eeuw rijk was.
Ruiselede is ook een van de stilaan zeldzamer wordende gemeenten waar de duivensport nog jong van hart is ... en waar er nog meerdere jongeren de rangen komen vervoegen. Met maar eventjes 22 provinciale overwinningen... Algemeen Provinciaal Kampioen in 2008... naast een reeks vermeldingen in diverse kampioenschappen in de laatste 10 jaar is Rik Cools de absolute sterkhouder aldaar.
Het seizoen 2011 vormde geen uitzondering op de algemene regel ! Het werd met de 1e Prov. Chateauroux met de "304/10"...1e Prov. Bourges met "Lady Messi" (dochter "Marieke") ... 1e Prov. Bourges met "605/10"...en 1e Prov. Argenton met "225/10" een absolute topper !
Het zijn inderdaad de duivinnen van deze West-Vlaamse superkampioen die de sterren van de hemel vlogen. Zij bezorgden hem het laatste decennium een aureool van "haast onklopbaar" !
Vooral Vandenabeele !
Rik Cools ... is technisch adviseur in een school in Aalter. Hij is een boerenzoon ... en thuis zaten er altijd duiven op zolder boven de schuur ... ofschoon er niet met de duiven gespeeld werd. Wel ging hij regelmatig de duiven “letten” bij een buurman in de straat. Toen hij naar zijn nieuwe woning verhuisde ging hij tussen twee duivenmelkers wonen ... en de duivenmicrobe die hem in zijn jonge jaren al besmet had vond daar een gunstige voedingsbodem.
In 1992 werd er gestart met een buurman-landbouwer onder de naam Cools-Ally. Van Frans Vandesteene, Poeke werd voor 500 BF een bon gekocht op een kampioenendag. Dat nieuwkomertje deed het gewoon uitstekend ... als jonge duif won het de 1e regionaal uit La Souterraine ... als jaarling per tiental uit Barcelona ... en top op Narbonne ! Het motto was toen ... wie vleugels heeft moet vliegen !
In 1993 kwam Piet Blancke de tandem vervoegen ... en de opa van Piet had uitstekende Dourdan-duiven…en dus werd de nakweek van deze Dourdanvliegers ingelijfd. Van 1993 tot 2004 werd er gespeeld onder de naam Cools-Blancke.
Toen de Vandenabeele-duiven hun intrede deden betekende dat een grote stap voorwaarts. In het begin wat duiven en wat eieren van de Dentergemse kampioen ... en later werd aan samenkweek gedaan met het kruim van de twee hokken.
Het grootste succes werd behaald met duiven uit het samen zetten van “Bliksem” x “Frieda” ... en “Bliksem” x “Bieke. Vooral de inbreng van de “Bliksem” was duidelijk een schot in de roos. Ook duiven uit het kruim van de kolonie... en zeker uit de lijn van de "Victor"... van Antoine Benoot, Nazareth waren een voltreffer.
We kunnen stellen dat de kolonie geschraagd wordt door 85 procent Vandenabeele-origine ... en 15 procent de oude basis. Het vizier wordt gericht op de wedstrijden van 300 tot 600 km.
Rik Cools heeft in de loop der jaren een stam duiven opgebouwd waar familiekweek zeker niet geschuwd werd. Zijn ingeteelde basis koppelen aan een ingeteelde "vreemde inbreng" geeft meteen een explosie van echte topklasse !
Uitsluitend duivinnen
De vliegploeg omvat 24 duivinnen op weduwschap ... een 75-tal jonge duiven ... en 20 koppels kwekers op het kweekhok. Waarom alleen duivinnen ? Gewoon omdat er onvoldoende tijd is om zowel met weduwnaars als duivinnen te spelen ... en vooral omdat duivinnen bijna twee keer zoveel als weduwnaars kunnen gespeeld worden.
Argenton was de laatste wedstrijd van het seizoen 2010... en de duivinnen werden toen ingekorfd op jongen van 8 dagen. Twee dagen na thuiskomst verhuizen ze naar de volière ... komen niet meer los ... en kunnen daar rustig ruien. Er komt ruimengeling met wat klein zaad in het voederbakje ... regelmatig biergist over het voeder ... 2 dagen per week thee ... soms Sedochol ... en eenmaal per week vitamines. Ze blijven in de volière tot aan de vroege koppeling van 25 november. Doffers en duivinnen komen dan samen ... er wordt een nestje gebouwd ... en wanneer de jongen 10 à 12 dagen oud zijn gaan de dametjes opnieuw naar de volière.
Alles wordt gereinigd en ontsmet en de duivinnen komen opnieuw op de hokken. Wanneer het goed weer is komen ze los ... dan is het doorgaans Krokusvakantie en er is wat meer tijd ... en de duivinnenploeg komt langzaam opnieuw in het vliegritme. Vanaf dan tot aan de tweede koppeling op 20 maart houdt Rik zijn duivinnen met Argusogen in de gaten.
In die periode is al duidelijk te zien met welke het niet zal lukken ... en duivinnen die te paarlustig zijn (doorgaans niet de beste) gaan er meteen al tussenuit. Wanneer de laatste duivin gelegd heeft gaan de doffers en de eieren van het hok.
Vanaf 1 april trainen de duivinnen ook tweemaal per dag ... bij goed weer worden ze 1 à 2 keer met de wagen weggevoerd ... vervolgens 30 km ... 100 km ... Clermont ... Ablis ... Orleans ... Tours ... Bourges.
De duivinnenploeg is samengesteld uit 8 oude en 16 jaarse duivinnen. Door de band zijn de jaarlingen de beste ... maar echte toppers, zoals het “Comijntje” kunnen een langere carrière uitbouwen.
De duivinnen worden bij normaal verlopen wedstrijden wekelijks op ca. 450 km gespeeld. Na een slechte of moeilijke wedstrijd worden ze ingekorfd voor een tussenvluchtje van 100 à 200 km.
De eerste week van juli heeft hier de Gulden Sporenvlucht plaats en dat is de laatste wedstrijd waarop op weduwschap gespeeld wordt. De duivinnen komen met een nestje ... worden ingekorfd voor Bourges op 10 dagen broeden ... en voor Argenton op een jong van 8 dagen. Het gros (80 %) van de duivinnenploeg kan dat regime zonder problemen aan.
Pijlers van het succes ?
Rik Cools : “Het geheim van het duivinnenspel berust volgens mij op drie pijlers ... de origine ... de voeding ... en het vluchtprogramma. De origine ... of het soort van duiven dat van nature niet zo geweldig paarlustig is. Ook de jarenlange selectie op die eigenschap draagt er toe bij dat de duiven in die richting evolueren. Wanneer het toch eens verkeerd durft lopen dan gebeurt het meestal met bijgehaalde duiven.
Wat het voederen betreft ... hier wordt er licht gevoederd. Vanaf de dag van de thuiskomst twee voederbeurten per dag van 1 soeplepel VDAB (lichte mengeling, in feite zuivering met wat maïs) tot dinsdagavond. Op woensdag twee voederbeurten van 1 soeplepel 50 % VDAB + 50 % Premium Weduwschap (sportmengeling) ... op donderdagmorgen 1 soeplepel 50 % VDAB + 50 % Premium Weduwschap met een supplement maïs, pinda’s en zonnebloempitten. Donderdagavond een soeplepel 50 % VDAB + 50 % Premium Weduwschap en gedurende 30 minuten maïs naar goesting. Op vrijdag zitten de duiven in de mand ... en op zaterdag wordt er gevlogen.
In het drinkwater dan ... bij thuiskomst honing (suikers) ... op zondag vitamines ... op maandag kruidenthee ... op dinsdag zuiver water en biergist (Vitaminor) over het voeder ... op woensdag vitamines ... en op woensdag en donderdag Blitzform.
In volle seizoen trainen de duivinnen tweemaal 45 minuten per dag ... probleemloos ... alleen in het begin van het seizoen met de vlag.
De dametjes hebben een strak vluchtprogramma en elke tegemoetkoming hier aan schept problemen ... ze moeten elke week de mand in. Duivinnen kunnen veel meer af dan doffers ... ze rusten veel meer ... ze recupereren veel sneller ... ze eten gemakkelijker ... ze worden de eerste twee dagen karig gevoederd ... en op twee dagen tijd zijn ze terug in conditie.
De duivinnen zitten dag en nacht los op het hok ... de vloer bestaat uit houten roosters ... en ze hebben elk een schabje voor de woonbak. Eigenlijk is er altijd één schabje meer dan er duiven op het hok zitten ... want dit brengt wat meer leven in de brouwerij en bevordert de strijd voor het eigen zitplaatsje.
In West-Vlaanderen zijn er meer en meer melkers die zich aan het duivinnenspel wagen. Indien ik ooit meer vrije tijd krijg dan zal ik zowel met doffers als met duivinnen op weduwschap spelen.”
Met de schuifdeur
“Ik had wat tegenslag met de jonge duiven dit jaar ... en er werden behoorlijk wat jongen verspeeld op de opleervluchten. Maar ze hebben het zeer goed gedaan “op de schuifdeur”.
Er werd dit jaar gekoppeld op 25 november ... de jongen werden gespeend ... en de geslachten bleven samen tot 200 km. Doffers en duivinnen op schabjes ... roosters op de bodem ... een eiwitarme voeding ... een niet paarlustige soort ... en er werden geen nestjes gebouwd.
Er werd verduisterd vanaf eind maart tot 21 juni ... daarna werd er “bijgelicht”.
Vroeger speelde ik weduwschap met jonge duiven ... maar het is er dit jaar niet van gekomen. Normaal wordt er een ploeg op de schuifdeur gespeeld ... en een ploeg jonge duivinnen op weduwschap met oude doffers.
Dit jaar kwamen jonge doffers en duivinnen ... aangevuld met enkele oude doffers (opgesloten in de onderste woonbakken) ... gedurende een uur samen vooraleer ze in de mand gezet werden. Bij thuiskomst bleven doffers en duivinnen van zaterdagmiddag tot zondagmiddag samen.
Normaal wordt de jonge bende tussendoor niet meer weggevoerd ... maar tussen Bourges en Argenton ben ik tweemaal ... met de wagen op stap gegaan. Ik zou het meer willen doen maar het is telkens een serieuze job …
Medisch
“Na het vliegseizoen staat er normaal een “kuur” van 10 dagen met parastop gepland ... en de duiven worden niet ingeënt. Voor het seizoen ga ik op controle bij de dierenarts Schroeder.
Het seizoen 2011 vormde echter een uitzondering op de regel... er werd alleen ingeënt tegen paratyfus zonder voorafgaande behandeling via het drinkwater. Alle vlieg- en kweekduiven werden in het najaar gevaccineerd ... de jongen in het voorjaar. Of mijn uitstekend seizoen 2011 daar iets mee te maken heeft durf ik zo niet zeggen... maar feit is dat mijn duiven daarna een geweldige conditie opgebouwd hebben die ze gans het seizoen niet meer los gelaten hebben.
In de loop van het seizoen volg ik dit medisch schema ... een behandeling van 5 dagen tegen tricho voor aanvang seizoen ... week 1 Spartix op zondag ... week 2 twee dagen tegen luchtwegeninfecties (zondag & maandag over het voeder) ... week 3 controle dierenarts (mest) ... week 4 een trichokuur (Spartrix of individueel trichopilletje) ... week 5 twee dagen tegen luchtwegeninfecties ... week 6 controle dierenarts (vb. coccidiose) ... week 7 een trichokuur ... week 8 twee dagen tegen luchtwegeninfecties ... week 9 controle dierenarts.
Wat de behandeling tegen luchtwegeninfecties betreft worden afwisselend Soludox ... Suanovil ... en Amoxicilline gebruikt ... voor trichomonas zijn dat Spartrix en Flagyl. Dit betekent dat de duiven maximaal tweemaal per seizoen hetzelfde product toegediend krijgen. Verder staan ook Gervit-W ... Blitzform ... en Eb 12 Chevita op het programma.”
Observatie en regelmaat !
“Observatie is een belangrijk item voor een duivenmelker die succes beoogt. Uw ogen gebruiken op een duivenhok is van zeer groot belang ... zien wat er gebeurt en gepast anticiperen op alle mogelijke voorvallen is de opgave. Op maandag weinig lust tot trainen ... een duif met een nat oog ... slechte mest ... enz . het zijn allemaal zaken die je als duivenmelker niet mogen ontgaan.
Regelmaat is mijn stokpaardje en zeer belangrijk om duiven in conditie te brengen en te houden ! Het bioritme van een duif moet zoveel mogelijk gerespecteerd worden.
En een goeie duif ? Ik verwed mijn kansen zeker op een zachte pluim en een stevig karkas. Twee zaken die de echte kampioenen zeker en vast hebben. Een duif met een korte voorarm kan me bekoren ... maar al de rest is maar bijzaak. Een goed palmares is volgens mij de belangrijkste eigenschap van een goede duif !”
10 geboden van een superkampioen !
1. De goede, gezonde duif
En daarmee wordt bedoeld een duif die niet iedere week medicatie nodig heeft... en die kan terugvallen op een flinke dosis natuurlijke weerstand. Het wil ook zeggen dat er jaarlijks een investering is in een inbreng van 3 à 4 nieuwe aanwinsten met goede papieren. Zo'n klepper is bijvoorbeeld de B08/3035204... rechtstreeks Gaby Vandenabeele... met grootvader "Maurice" (1e nat. Souillac 7154 d / Maurice Casaert) x "Alfreda" (dochter "Alfred", 1e nat. Brive 16007 d) en die meteen al grootvader is van de beste jaarling. Winnaars uit winnaars geboren of duiven waarmee je "voor eeuwen" verder kunt... maar eerst moeten ze slagen in hun ingangsexamen !
2. Regelmaat
Het lijkt misschien een beetje ouderwets maar is zeker van belang in Ruiselede ! Niet ridicuul op een kwartiertje vitten maar de duivinnen trainen steevast dagelijks van 7 tot 8 u... en van 18 tot 19 u. Wat betreft medische begeleiding werd er ook een regelmaat ingebouwd in de vorm van een vast begeleidingsschema.
3. Voeding... licht maar genoeg !
Dat is de stelregel bij het voederen van de vliegploeg. De duiven worden in een gezamenlijke eetbak gevoederd... in het begin van de week met afgelijnde porties... vanaf dinsdagavond tot er wat gerst blijft liggen.
4. Degelijke medische begeleiding
Dierenarts Schroeder staat in voor de medische begeleiding... want er kan alleen gespeeld worden met gezonde duiven. Voor de kweek... voor het seizoen met de oude duiven... voor het seizoen met de jonge duiven wordt er een uitgebreid medisch onderzoek uitgevoerd. De grote korf... en vooral de hoge temperaturen in de vrachtwagens tijdens het vervoer zijn de grote boosdoener i.v.m. de luchtwegeninfecties.
5. Stamopbouw van primordiaal belang
De pedigree is wel een belangrijk instrument bij de stamopbouw van een kolonie. Niet zo zeer als reclamefolder van iedere duif maar als handleiding voor een degelijke kweekpolitiek. Bij een nieuwe inbreng moet de "inteelt" of de "familiekweek" blijken uit de pedigree. De "eigen inteelt" moet bij voorkeur gekruist worden met een "vreemde inteelt" en dat blijkt hier de kortste weg naar het succes in de kweekvolière.
6. De zoektocht naar het perfecte hok
Een duif verwacht geen luxe maar wel een droog, warm en luchtig hok. Veel hok met weinig duiven... de zon is een onontbeerlijke partner... en een ventilatie zonder tocht is een absolute must.
7. Alleen met duivinnen
Duivinnen aan de macht... zo zou je de duivenliefhebberij van Rik Cools best wel kunnen noemen. Hij moet het opnemen tegen een grote en professionele concurrentie terwijl hij toch nog steeds een drukke job heeft. Duivinnen kunnen elke week gespeeld worden op 300 à 600 km... en je kunt met de helft minder duiven hetzelfde resultaat bereiken als met doffers die op die afstand slechts om de veertien dagen kunnen gespeeld worden. Bovendien is de verzorging van duivinnen een stuk gemakkelijker dan die van de doffers.
8. De mooie kampioen
Ik hou van een duif met een sterk karkas... en veel en zachte pluimen. Hier worden zelfs goede duiven afgekeurd die niet aan deze basisvoorwaarden voldoen.
9. Opteer voor specialisatie
Ik hecht geen geloof aan de kracht van de massa... en het is ook geen goede zaak voor de duivensport. Probeer uit te blinken in de discipline die u het best ligt en hanteer een strenge selectie. De lat ligt hier niet op 5x per 10-tal maar wel op 2x per 100-tal !
10. Een goede raad
Ik zou een beginnende liefhebber adviseren om te starten met eieren of jongen van de beste vliegduiven van een goede duivenmelker in de buurt. Eens dat in de kweekvolière... geduld ... geduld... en nog eens geduld !
|