Het is weer november en inmiddels zitten de winterbanden ook weer onder de auto. Maar gezien het weer van de laatste week hebben we ze volgens mij nog lang niet nodig. De winter is nog ver weg. Gisteren was het schitterend weer en dik 18 graden. Onze achterbuurman had een koppeltje van 10 duiven vliegen. Ze zwierden heerlijk door de lucht. Het leek wel maart met slechts enkele weken voor het nieuwe seizoen. Echter, het duivenseizoen is nog heel ver weg en die winter komt er nog wel!
Eerst nog terug naar het afgelopen seizoen, want 2 weken geleden was er de kampioenenhuldiging van Het Groene Hart. Het Groene Hart is een samenspel van 3 verenigingen (Zoetermeer, Zoeterwoude, Hazerswoude en liefhebbers uit Koudekerk) en het niveau van de toppers zit dicht tegen de absolute top aan. Er word immers jaarlijks wel teletekst gevlogen of grote overwinningen behaald. De opkomst was in vergelijking met het verleden zeer hoog. Waarschijnlijk komt dat omdat bijna iedereen met een prijsje naar huis ging. Dit jaar zorgde een bonnenverkoop voor een aardige prijzenpot. Hiervan werden gratis prijzen vervlogen op een aantal vluchten. Deze werden verdeeld over een A- en een B-groep en zodoende had iedereen een goede kans op een prijs. En als er veel mensen in de prijzen vallen, komen er veel mensen ook bij een feestmiddag. Zo simpel is het. Uiteraard werden ook de kampioenen gehuldigd van de beiden groepen. Wij kwamen niet verder dan een 3e plaats onaangewezen op de dagfond (A-groep wel te verstaan). Dat kan beter volgend seizoen! Gelukkig hadden we wel succes met de gratis prijzen: 1 zak voer, 3x 5 kg snoepzaad en 3 grote worsten. Het was een gezellige middag met elkaar en veel blije gezichten. Over een paar weken hebben we de feestavond van club. Dat is ook altijd een jaarlijks hoogtepunt waar iedereen (kampioen en niet-kampioen) in het zonnetje gezet wordt. Zo is de duivensport in clubverband bedoeld!
Op eigen hok is er weinig nieuws te melden. De rui verloopt vooralsnog zonder problemen en de ingrediënten zijn nog hetzelfde als vorige maand: een goede verzorging en een wekelijks bad. Je merkt dat de rui over zijn hoogtepunt heen is, want het aantal veren in het hok wordt met de week minder. Een paar weken geleden was er nog een verenexplosie van waarschijnlijk de winterjongen, maar die beginnen nu ook weer aardig strak te trekken. Regelmatig nemen we de duiven in de hand en ze zijn goed op gewicht. Ook de pennenstand staat ons aan, want de meeste oude duiven staan nog op 1 oude pen. Bij jongen staat de teller op 2 en bij een enkeling 3. Het zou geen probleem moeten zijn om die gewisseld te hebben voordat het kweekseizoen begint. Dit jaar hebben we geen karnemelk kuur gegeven en vooralsnog ook nog geen paratyfus kuur. Voorheen hadden we er al een 14-daagse kuur op zitten, maar dit jaar gaan we waarschijnlijk zonder doen. De duiven zijn goed en vooralsnog hebben we geen redenen om ze tegen paratyfus te behandelen.
De laatste weken stonden vooral in het teken om het duivenbestand eens goed door te nemen. Welke duiven hebben we nog zitten, wat hebben ze gepresteerd en hebben ze al goed doorgekweekt? In mijn ogen is dit een cruciale stap in de selectieprocedure. Gewoon naar de feiten kijken, in plaats van andere randzaken. De vliegploeg staat nagenoeg vast en de selectie was strenger dan ooit. De duiven van 2011 en 2012 moeten constant een hoog niveau gehaald hebben. En eigenlijk is er maar 1 die daaraan voldoet. Dat is dan ook de enige van 2012 in de vliegploeg. De jaarlingen daarentegen moeten of een paar keer in de top (1:100) hebben gevlogen, of met regelmaat 1:10. Het mooie is dat enkele jaarlingdoffers aan beide criteria voldoen. Ook de jonge doffers hebben al behoorlijk gepresteerd. Daar mogen we dus het een en ander van verwachten volgend jaar.
Voor de duivinnen ligt de lat iets lager, omdat we daar voor het eerst mee gaan vliegen. We weten er immers minder van dan van de doffers. Eigenlijk gaan we verder met de beste duivinnen van 2013 en 2014. In potentie en op papier zijn het allemaal goede duivinnen, maar of er daadwerkelijk een topper tussen zit??? Dat weten we volgend jaar pas. Eén topper maakt namelijk het verschil tussen een goed seizoen en een super seizoen. Dit jaar hadden we een goed seizoen, maar die ene superduif heeft zich (nog) niet laten zien.
Op Facebook stond er laatst een mooie stelling: de toppers zijn altijd op zoek naar betere duiven, de krabbers zijn alleen op zoek naar goede poedertjes en middeltjes. Wij zijn er nu ook wel achter dat alles draait om goede duiven. In de reportages lees je meest uiteenlopende voer- en gezondheidsschema’s, maar het komt allemaal neer op topduiven. In de zoektocht hiernaar zit je in deze periode goed, want je word doodgegooid met de ene internetverkoping na de andere. Het is een interessante materie om te volgen. Uiteraard is het een manier om het hok te versterken. De ene duivenfoto is nog mooier dan de ander en de stambomen worden nog eens flink gepimpt. Een goede koper zou zich moeten afvragen hoe goed duif daadwerkelijk is. Hoe groot is de kans dat een kleinzoon van een topper ook een topper is? En hoe groot is dan nog eens de kans dat diezelfde duif ook een goede kweker is? Daar ben je uiteindelijk naar op zoek. Reken het zelf maar eens uit. Je kunt een hoop geld uitgeven, maar je hebt 0,0 garantie.
Wij hebben besloten om dit jaar niet te investeren in nieuwe duiven. Er worden dus geen bonnen gekocht en ook geen kweekduiven of wat dan ook. De afgelopen jaren hebben we veel ander bloed ingebracht en eigenlijk zonder resultaat. Natuurlijk vlieg je wel eens een 1e prijs met een duif van een bonnetje, maar het heeft tot nu toe nog niet geleid tot een ander succeslijntje om te kruisen met de eigen duiven. Nee sterker nog, wij hebben de afgelopen jaren de fout gemaakt om te denken dat duiven van anderen beter zijn dan de onze. Het gras is immers altijd groener aan de overkant! En eigenlijk verloochen je op die manier jouw eigen stammetje wat je toch menig succes heeft bezorgd. Die fout gaan we niet meer maken.
Back To Basic is het motto voor volgend jaar. Uit de 1e of 2e generatie van onze kweekduiven zitten 17 duiven in de vliegploeg (50%). Dan hebben we uit de 1e generatie ook nog duiven zitten waar we niet of nauwelijks uit gekweekt hebben, omdat we andere vreemde duiven beter achtten. Achteraf gezien een grove fout, maar de komende kweekperiode gaan we daar wel gebruik van maken. Investeren in duiven is prima, maar dan moeten ze wel significant beter zijn dan wat je al hebt zitten. We zijn ervan overtuigd dat we met onze eigen duiven nog stappen voorwaarts kunnen maken. Realistisch gezien is dat niet goed genoeg voor de absolute top, maar zeker goed genoeg om de kloof kleiner te maken. En zeg nooit nooit: wat wij konden in 2009 niet bedenken dat we 2x op teletekst zouden staan en een afdelingskampioenschap zouden winnen. En dat met onze eigen duiven!
|