Augustus 2015, de nationale voorzitter is in zijn eigen omgeving het verhaal aan het rond spreiden dat de middaglossingen in 2017 van de kaart zijn, en dat er nog wedvluchten van maximaal 800 kilometer worden gevlogen.
Hierover is nog niets gepubliceerd, toch lijkt het erop dat het nationale bestuur achter onze rug de fondsport de nek aan het omdraaien is. Deze heren zijn al vanaf hun machtsovername in 2011 constant bezig met het tegenwerken van de fondmannen bij hun favoriete discipline. Fond is een doorn in hun oog, iets wat bij vorige besturen nooit aan de orde is geweest. Daarmee gaat het niet meer om een landelijke bestuur kwestie, maar om persoonlijke afkeer, een afrekening. De grote afstanden zijn dieronvriendelijk volgens hun kortzichtige oordeel, maar de feiten spreken dit totaal tegen. Want waar gaan de meeste duiven verloren, juist ja, in hun eerste jaar op korte vluchten. Hun eigen discipline is de oorzaak van de negatieve berichtgeving in de media, zij zijn de oorzaak. Ze hebben geen oplossing voor het eigen falen, dus wordt de fond opgeofferd voor eigen gewin en dat moet doorgaan ten koste van alles.
Waar onze sportgenoten uit de andere disciplines zich druk maken over de neergang van hun vorm van duivensportbeleving, lijkt het mij verstandig ons te onttrekken van die sterfhuisconstructie, voordat we worden geslachtofferd door onze zogenaamde collega duivenmelkers. Sinds het zichzelf kronen van het huidige nationale bestuur, het ontslaan van de directeur en promoten van hun kantoorklerk tot medebesluitnemer, is het beleid erop gericht de fondsport op te offeren.
In de laatste jaren zijn middaglossingen veroordeeld tot ochtendlossingen, werd plaatsgenomen in de nationale lossingscommissie, werden vluchten verboden, ingekort, afgelast terwijl de omstandigheden daar meestal niet om vroegen. Een gebrek aan ervaring, en geen enkele vorm van inlevingsvermogen van de fondliefhebber, hebben ervoor gezorgd dat er enorm veel onrust is ontstaan bij de liefhebbers van de zware fond.
Geen enkele van de nationale bestuurders is zelf een deelnemer aan de zware fond, zijn hebben dan ook geen enkele feeling met de materie, zoals al vaak getoond is met uitspraken over nachtvliegen, buren op het dak, gewonde duiven, voer op het veld, duiven die de nacht op boerderijen doorbrengen, en meer verzinsels die het onbegrip van onze discipline onderschrijven.
Uit monde van de nationale voorzitter hebben is nu meermaals vernomen, dat hij begrijpt dat de dierenbescherming een punt heeft als het gaat om de te vervliegen afstanden op zware fond. Bij navraag bij de voorzitter blijkt dat er geen enkel stuk kan worden overlegd, nog dat er enige verwijzing bij de dierenbeschermers bekend met de te vervliegen afstand als negatieve factor. In zijn eigen verklaring zegt hij niet blij te zijn dat zijn eigen zoon deelnemer is aan deze discipline.
Vaak worden alleen de ijsbergpunten te ore gelegd en zijn er al onderhandelingen, dan wel heeft er al overleg geweest met de dierenorganisaties. Bij navraag bij de minister blijkt zelfs dat de duivensport een prima reputatie heeft als het gaat om dierentransport, en dat er geen enkele sprake is van opmerkingen over de wedvluchtafstanden. Het lijkt dan ook dat de persoonlijke belangen in het bedrijven van de duivensport, ten koste zou mogen gaan van de fond discipline, mocht de situatie daarom vragen. Zou het zover komen, dan zouden de heren ons zelfs voor de voeten werpen, kijk eens, dank zij ons mogen jullie zelfs nog met duiven spelen, ook al is de afstand beperkt. Het zogenaamde recht van de meerderheid telt, de veel kleinere groep fondspelers kan dan eenvoudigweg worden opgeofferd, zonder de grote groep te schaden.
Afgelopen winter tijden een prijsuitreiking al predikte de nationale voorzitter dat we blij moeten zijn dat we nog met duiven mogen spelen, ook dat komt niet uit een hoge hoed, daar gaan zaken aan vooraf. Ook al zijn het aannames, want ook zij zijn geen Nostradamici of zieners met glazen bol, ook al verkondigen zij anders en vooral beter te weten dan wij het gepeupel. Hun adviseur vanuit de onderhandelingspositie tussen dieren- en de duivensportorganisatie, heeft zijn inkomsten uit het verschil in belangen beide partijen. Op het moment dat deze verschillen opgelost zijn, droogt de inkomstenbron uit, alle belang is dus om deze wrevel langdurig, zo lang mogelijk uit te spelen. Zijn belang is dan ook om onze organisatie in delen te ontleden tot het moment dat de sport nog bij een minimum ledental als vanzelf zal oplossen, de zogenaamde sterfhuisconstructie. Gezien andere branches die inkomensafhankelijk van dieren zijn, kan deze termijn tot in lengte van dagen opgerekt worden, waarbij de inkomensdelvers uiteindelijk een andere vorm van inkomsten gegarandeerd kan worden. De rechterlijke macht heeft dit bijvoorbeeld in de nertsenbont industrie toegepast, waardoor deze nog jaren kunnen produceren.
Zo een organisatie is gebaad bij onrust en angst onder de fondliefhebbers te zaaien, zodat zijn hun favoriete bezigheid beëindigen, dan wel overstappen naar de kortere disciplines. Sturing geven aan een exodus, als onderhandelingspositie voor het behoud van het eigen belang, spelen met duiven op kortere afstanden.
Vergezocht of juist overduidelijk, trek je eigen conclusies zou ik zeggen. Voor de programmaspelers die dit lezen, even de gewetensvraag of het terecht is dat de fondsport als boosdoener van de negatieve berichtgeving van onze sport in de pers wordt opgevoerd, de volgende balans;
Gewonde duiven; volgens de nationale bestuurders als gevolg van nachtvliegerij, terwijl de duivenmedia in veelvoud spreekt over de vele gewonden bij de kortere vluchten en harde wind, dan wel tijdens koude periodes. Duiven raken gewond doordat ze laag bij de grond vliegen waar de obstakels als draden voorkomen. Dit komt meest voor bij het voorbij vliegen van het thuishok, en de weg terug laag tegen de wind in wordt opgezocht, met als gevolg de strijd om obstakels te ontwijken.
Rampvluchten, volgens nationale bestuurders als gevolg van de te vervliegen afstand, terwijl iedereen in de media kan teruglezen dat het juist de vluchten met jonge duiven de grote verliezen laten zien. De zomermaanden staat de media vol over massa´s verloren gegane jonge duiven om mysterieuze verdwijningen, zonder een duidelijke aanwijsbare reden. De grote rampvluchten uit recente jaren, met oude duiven waren op afstanden van 300 tot en met 500 kilometer, zie 2014.
Jaarlijks worden bij de start 500.000 jonge duiven ingezet, dus exclusief de reeds verspeelde jongen bij africhten. Het totaal verspeelde jonge duiven per seizoen gaat jaarlijks boven de 50% als we de liefhebbers van de programmavluchten geloven, dan zou dit een verlies van 250.000 jonge duiven komen die terug in de natuur worden opgenomen. Pak het totaal op de eerste jongen duivenvlucht en doe het aantal van de laatste vlucht daar vanaf en je hebt het exacte aantal ontstane lege schappen.
Op de zware fond worden totaal jaarlijks (ZLU + NPO middaglossing) rond de 100.000 duiven over alle vluchten ingezet, welke meest twee keer per jaar worden ingezet, dus totaal rond 50.000 deelnemende duiven. Het verloren gegane deel waar schattingen tot maximaal 20% over het hele jaar worden opgegeven, wat totaal een maximum van 10.000 geeft die als voeding voor de natuur dienen. Dat is dus 25x minder dan het totaal aantal verspeelde jonge duiven. Nog niet eens meegerekend het aantal verloren gegane aantal oude duiven op de programmavluchten tot 600 kilometer. Dit zijn niet zomaar uit de lucht gegrepen aantallen, zelfs als de bandbreedte der variabelen ruim zou zijn, zijn de verschillen meer dan duidelijk enorm.
Dus wie zijn nu eigenlijk schuldig aan de negatieve media beleving? Waarom moeten wij fondliefhebbers accepteren als het zwarte schaap worden afgeschilderd en onze discipline moeten opgeven zodat onze collega´s hun favoriete bezigheid wel nog mogen uitvoeren? Het wordt tijd dat de fondkoppen bijeen gestoken worden, voordat we geslachtofferd worden, en in de etalage worden gezet voor het komende slachtfeest. Het is wel mooi geweest zo. Daarbij, het kan best eens zo zijn dat volgend jaar om deze tijd NPO helemaal niet meer bestaat. Het gaat er serieus op lijken dat PV de zaak gaat winnen, er moet al € 22000,- betaald worden, uw en mijn geld. PV zal het daar zeker niet bij laten en als de claim erdoor komt, kan de landelijke organisatie faillissement aanvragen, zo simpel is het.
De kennis en know how is aanwezig, een landelijke onafhankelijk fondorganisatie zo opgericht vanuit de fondclubs, ringen kunnen worden geproduceerd, uitslagen gemaakt, containers te huren, samenwerking met internationale duivenorganisaties op te bouwen, duivenlokalen te gebruiken, lossingsvergunningen een wassen neus, eindelijk modernisering door te voeren zonder er een zonnebloemtour van te hoeven maken. Op deze manier ontlopen we de erfschulden die momenteel worden opgebouwd door verloren rechtszaken, ontlopen we jaarlijks terugkerende negatieve berichtgeving van verloren gegane massa´s jongeduiven en creëren we een juiste onderhandelingspositie zonder belangverstrengeling met externe dierenorganisaties.
Het is 12 uur, ik zeg aaaan taaaafel
|